Back

American vs traditionele factoring een strategische analyse

Wanneer u als ondernemer overweegt om factoring in te zetten, stuit u al snel op de termen ‘American’ en ‘traditionele’ factoring. De realiteit is echter genuanceerder. Een goede strategische keuze hangt af van drie fundamentele kenmerken: wie het debiteurenbeheer voert, welke facturen u indient en wie het kredietrisico draagt.

De juiste combinatie van deze factoren beïnvloedt niet alleen uw cashflow, maar ook uw administratieve last, de kosten en de relatie met uw klanten. Laten we deze drie cruciale kenmerken analyseren om te bepalen welke structuur echt bij uw onderneming past.

Wie beheert de debiteuren

Dit is een primair onderscheid en een belangrijk kenmerk dat de twee vormen van elkaar scheidt.

  • Uitbesteed debiteurenbeheer (kenmerk van traditionele factoring): De factormaatschappij neemt het volledige debiteurenbeheer over. Zij nemen contact op met uw klanten, versturen herinneringen en innen de betalingen. Dit biedt maximale ontzorging en is ideaal als uw administratie een knelpunt vormt.
  • Debiteurenbeheer in eigen hand (kenmerk van American factoring): U behoudt zelf de controle over het klantcontact en de communicatie rondom facturen. De financiering gebeurt op de achtergrond. Dit is perfect als u de klantrelatie heilig vindt en een sterke eigen administratie heeft.

Welke facturen dient u in

Dit kenmerk bepaalt de flexibiliteit van uw financiering en is een essentieel verschil.

  • Volledige portefeuille (traditioneel): U bent vaak contractueel verplicht om uw gehele debiteurenportefeuille of omzet via de factormaatschappij te laten lopen. Dit is een ‘alles-of-niets’-benadering.
  • Selectieve factoring (American): U kiest zelf welke facturen u indient. Dit wordt ook wel ‘single invoice factoring’ genoemd. U gebruikt de financiering alleen wanneer het nodig is en betaalt dus alleen voor wat u gebruikt. Dit biedt maximale flexibiliteit.

Wie draagt het kredietrisico

Dit is financieel gezien misschien wel het belangrijkste kenmerk, maar wordt vaak over het hoofd gezien.

  • Recourse factoring: U als ondernemer blijft het risico dragen. Als uw klant uiteindelijk niet kan betalen (bijvoorbeeld door een faillissement), moet u het voorgeschoten bedrag terugbetalen aan de factormaatschappij.
  • Non-recourse factoring: De factormaatschappij neemt het risico op wanbetaling door insolventie van u over, vaak gedekt door een kredietverzekering. Dit biedt maximale zekerheid.

De juiste mix kiezen voor uw bedrijf

De termen ‘American’ en ‘traditioneel’ zijn dus eigenlijk labels voor een combinatie van deze kenmerken.

  • Traditionele factoring is doorgaans een all-in pakket: uitbesteed debiteurenbeheer, de volledige portefeuille en vaak non-recourse (maximale ontzorging en zekerheid).
  • American factoring is het flexibele model: u doet zelf het debiteurenbeheer, kiest zelf uw facturen en kunt dit combineren met zowel recourse als non-recourse, afhankelijk van uw wensen.

De strategische keuze is dus geen simpele A-of-B-vraag. Analyseer uw interne processen, de waarde van uw klantcontact en uw risicobereidheid om de juiste mix te vinden.

Wat is nu echt het belangrijkste verschil

Het belangrijkste verschil is de mate van flexibiliteit en controle. American factoring biedt u de vrijheid om te kiezen (welke facturen, zelf beheer), terwijl traditionele factoring is gericht op volledige uitbesteding en ontzorging.

Welke vorm heeft de minste impact op mijn klantrelatie

American factoring heeft de minste impact omdat je zelf het debiteurenbeheer en de communicatie met je klanten blijft doen. Bij traditionele factoring neemt de factormaatschappij dit over wat een verandering is voor je klant.

Is non-recourse altijd beter

Non-recourse biedt meer zekerheid, maar is daardoor vaak duurder. Als u werkt met zeer kredietwaardige debiteuren, kan een recourse-contract voordeliger zijn. Het is een afweging tussen kosten en risico.

Lisa Veringa
Lisa Veringa
https://simpelfactoring.nl